In deze coronatijden heeft elke onderneming behoefte aan cash. De verschillende Belgische overheden voorzien in heel wat crisismaatregelen* om deze moeilijke periode door te komen. Daarnaast denkt u er als zaakvoerder van een bv (voorheen bvba) mogelijks aan om uw maandelijkse bedrijfsleidersbezoldigingen even op te schorten om uw vennootschap wat financiële zuurstof te geven. Dit is vanuit bedrijfseconomisch standpunt uiteraard een gezonde gedachte. Maar wat zijn de fiscale gevolgen voor de vennootschap?

<in kader> *Via de websites van ondernemersorganisaties als Unizo (www.unizo.be) of Beci (www.beci.be) vindt u veel informatie over de crisismaatregelen van de overheid, inclusief nuttige links naar de instanties waar u de diverse steunmaatregelen kan aanvragen.

Opgelet: een fiscaal addertje

Fiscaal zit er echter een addertje onder het gras. Een zaakvoerder geniet in principe een vrijstelling in de personenbelasting op het voordeel van de stortingen van bijdragen en premies door zijn bv in een individuele pensioentoezegging (IPT). Als voorwaarde voor die vrijstelling geldt dat de bijdragen en premies betrekking moeten hebben op bezoldigingen die, regelmatig en ten minste om de maand, worden betaald of toegekend in het belastbaar tijdperk waarin de werkzaamheden zijn verricht. Zij dienen ook op de resultaten van die periode te worden aangerekend.

Dit betekent concreet dat wie zijn bedrijfsleidersbezoldigingen tijdelijk opschort wegens de coronacrisis, het voordeel van de vrijstelling in de personenbelasting verliest.

Dit is althans wat de huidige tekst van de wet zegt. Men kan ervoor pleiten dat de wetgever tijdelijk deze voorwaarden versoepelt. Zo zouden zaakvoerders in de mogelijkheid zijn om hun bezoldigingen op te schorten, zonder dat het (althans in principe) een impact heeft op de vrijstelling die zij genieten op het voordeel van een individuele pensioentoezegging. Vandaag bestaat hierover echter nog geen zekerheid.

Fiscale gevolgen voor de vennootschap

Er is bovendien een keerzijde van de medaille voor de vennootschap zelf. Niet vrijgestelde voordelen van alle aard zijn belastbaar in de personenbelasting van de zaakvoerder. Dit betekent dat ze door de vennootschap op de fiscale fiche 281.20 moeten worden vermeld bij de belastbare voordelen van alle aard toegekend aan de zaakvoerder.
Als dit niet gebeurt, bijvoorbeeld uit vergetelheid, dan loopt de vennootschap het risico op een afzonderlijke aanslag wegens de toekenning van zogenaamde geheime commissielonen. Die belastingaanslag in de vennootschap bedraagt 100% van de betaalde bijdragen en premies. Sinds aanslagjaar 2021 (een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt vanaf 1 januari 2020) is deze afzonderlijke aanslag bovendien niet meer aftrekbaar als kost in de vennootschap.

Het lijkt aangewezen dat de overheid in deze coronatijden hiervoor een oplossing uitwerkt. De tijd zal het leren.